Het Aidsfonds en de stichting Soa Aids Nederland hebben minister Bruno Bruins van Volksgezondheid aan zijn jasje getrokken omdat hij in hun ogen treuzelt met de landelijke invoering van PrEP.

Onverantwoord
In Nederland zijn 25 ziekenhuizen die zich hiv-behandelcentrum noemen, waaronder het Amsterdam UMC. Marc van der Valk van de Nederlandse vereniging van hiv-behandelaren (NVHB) vindt de situatie zo onverantwoord dat de ziekenhuizen nu zelf PrEP verstrekken.

Aan Nos.nl vertelt hij: “PrEP-zorg hoort thuis bij de soa-poli's van de GGD, maar als toegang tot het middel via die poli's niet beschikbaar is, dan zullen we binnen de 25 hiv behandelcentra in Nederland mensen helpen om aan PrEP te komen.”

Proef
Het Ministerie van Volksgezondheid is al tweeëneenhalf jaar bezig met de invoering van PrEP. Bij de Amsterdamse GGD loopt een proef met het middel en huisartsen kunnen het voorschrijven.

Maar niet alle huisartsen en GGD’s willen PrEP voorschrijven. Gebruikers moeten bovendien zelf de kosten betalen en in de dagelijkse praktijk gaat het fout. Van der Valk: “Mensen weten niet waar ze het middel kunnen krijgen en de medische begeleiding gaat niet goed. En als je daardoor bijvoorbeeld te weinig pillen neemt, kan je alsnog een hiv-infectie oplopen.”

Vijf maanden
In juli vorig jaar was tijdens het nationale Aids-Congres de verwachting dat PrEP snel overal beschikbaar zou zijn. Maar vandaag schrijft minister Bruins aan de kamer dat het zeker nog vijf maanden duurt voordat alles is geregeld en PrEP kan worden vergoed.

Van der Valk: “We zien nu drieduizend gebruikers van PrEP, waarbij we in Nederland nu meer dan twintig mensen hebben die onnodig hiv hebben gekregen. Hiv is een ziekte die je goed kunt behandelen, maar dat betekent wel levenslang medicatie slikken. Als je met PrEP, dat 30 euro kost, die infecties kunt voorkomen, dan vind ik dat we dat moeten doen.”