Martijn N. (32), directeur van cultureel platform Moam, wordt beschuldigd van gewelddadig en seksueel grensoverschrijdend gedrag. Dat blijkt uit een uitgebreid onderzoek van Het Parool en NRC Handelsblad, die spraken met 146 betrokkenen. 28 mannen zijn inmiddels naar buiten getreden met hun verhaal.
In een uitgebreid artikel op basis van tal van getuigenverklaringen, documenten, foto’s, een politierapport en gesprekken met betrokkenen wordt N. door twintig mannen beschuldigd van verkrachting, aanranding, drogering en mishandeling. Ook is er aangifte tegen hem gedaan van poging tot doodslag. Tien van de mannen waren minderjarig toen het misbruik zou hebben plaatsgevonden. In het artikel is te lezen hoe N. de jongens met name via social media benaderde. Meestal betrof het scholieren van buiten Amsterdam die een interesse in mode leken te hebben. Nadat het artikel afgelopen vrijdag verscheen, beschuldigden nog eens acht mannen N. van gewelddadig en seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Op non-actief
N. werd bekend met zijn cultureel platform Moam (een samentrekking van 'Mode' en 'Amsterdam'), waarmee hij jong talent koppelde aan bekende namen uit de modewereld. Ook van verschillende kunstenaars, ontwerpers en oud-stagiairs die betrokken waren bij Moam ontvingen Het Parool en NRC berichten over de onveilige werksfeer onder N’s bewind. Zij zijn door hen doorverwezen naar Integis, een onafhankelijk onderzoeksbureau dat in opdracht van de Stichting Moam onderzoekt of Martijn N. zich inderdaad aan grensoverschrijdend gedrag schuldig heeft gemaakt. “In afwachting van de uitkomsten van dit onderzoek, hebben wij de directeur van onze stichting op non-actief gesteld”, laat Moam weten op hun website.
Geen reactie
Op 8 maart jongstleden werd N. aangehouden door de politie, waarna hij werd verhoord en vervolgens in vrijheid werd gesteld. Wel geldt hij nog steeds als zedenverdachte.
Martijn N. werd door zowel Het Parool als NRC Handelsblad benaderd voor een reactie, maar koos ervoor niet te reageren. Gerard Spong, zijn advocaat, liet weten dat zijn cliënt de aantijgingen ‘ontkent en betwist zich aan enig strafbaar feit te hebben schuldig gemaakt’. Nu er aangifte tegen hem is gedaan, lijkt het N. volgens Spong verstandiger zijn kant van het verhaal te vertellen aan de politie en/of de betrokken justitiële instanties. Ook op de acht nieuwe aantijgingen wenst N. niet te reageren.
Bronnen: NRC Handelsblad, Het Parool
Beeld: Unsplash