Om het twintigjarig jubileum van de openstelling van het huwelijk voor paren van gelijk geslacht te vieren stelden Robbert Blokland en Jessica van Geel het boek Als je maar gelukkig bent samen. Met persoonlijke verhalen over hoe het is om homo, lesbienne, bi of queer te zijn.
Wat inspireerde jullie om dit boek te gaan maken?
“Als er over de regenboogfamilie wordt gepraat of gedacht, komen er snel stereotypen en vooroordelen om de hoek kijken. Die doen totaal geen recht aan de diversiteit van de Nederlandse lhbtq-gemeenschap. Hetero’s kunnen zich in grote lijnen spiegelen aan hun ouders: huisje, boompje, beestje. Maar hoe gaat je leven eruitzien als je ontdekt dat je gay bent? Betekent dat meer problemen, of biedt het anders-zijn juist meer kansen? Deze mijlpaal leek ons een mooi moment om twintig levensverhalen van Nederlandse lhbtq-mensen op te tekenen. Dit boek hadden wij willen lezen toen wij zelf uit de kast kwamen.”
Hoe gingen jullie om met de uitdaging om de verschillende aspecten en subculturen van de lhbtq-gemeenschap aan bod te laten komen?
“Het was ons streven om een heel gemêleerd pallet aan mensen te spreken: van jong – Maud Wiemeijer en Dook van Dijck – tot ouder – Carry Slee en Bas Heijne. Van een relatief brave huisvader als Paul de Leeuw tot cabaretier Johan Goossens, die lange tijd wekelijks in darkrooms kwam. We hebben ook heel bewust gekozen voor verhalen van queers met een andere culturele achtergrond, zoals Pete Wu, Romana Vrede, Rocky Hehakaja of Nassiri Belaraj. Dat waren gesprekken waar wij zelf ook veel van geleerd hebben.”
Tot welke nieuwe inzichten heeft het maken van dit boek bij jullie zelf geleid?
“Dat je altijd open moet blijven staan voor nieuwe ontwikkelingen. Wij zijn veertigers, dus wij groeiden op met het idee dat er homo’s en lesbiennes zijn. De nieuwe generatie jongeren praat in andere termen: deze groep denkt meer fluïde en omschrijft zichzelf als gay en queer. Het is goed om, ook als je ouder wordt, met een open blik naar de wereld en naar je eigen gemeenschap te blijven kijken. Ons boek geeft een tijdsbeeld; over tien jaar voeren we andere gesprekken.”
“Het is niet te onderschatten hoe groot de impact van aids op een hele generatie gays is geweest”
Welke verschillen tussen hoe het vroeger was om gay te zijn en hoe het nu is, hebben jullie verrast?
“Het is heel fijn dat veel zaken die lhbtq’s aangaan nu juridisch geregeld zijn. De ervaringen die Carry Slee deelde zijn heel schrijnend. Haar vriendin werd in de jaren zeventig naar huis gestuurd toen Carry moest bevallen omdat ze niet getrouwd waren; hun dochter werd geregistreerd als een ‘onecht kind’. En de verhalen van oudere geïnterviewden als Paul of Bas over de aidscrisis, eind jaren tachtig, maakten diepe indruk. Het is niet te onderschatten hoe groot de impact van die ziekte op een hele generatie gays is geweest.”
In Winq gebruiken we bewust niet het woord ‘homohuwelijk’, omdat het feitelijk onjuist is: het is geen apart huwelijk voor homo’s, maar een openstelling van het huwelijk voor paren van gelijk geslacht. Waarom besloten jullie de term ‘homohuwelijk’ toch te gebruiken?
“In het verhaal over de totstandkoming van het ‘homohuwelijk’ leggen we uit waar die term vandaan komt: hij is ooit verzonnen door een AD-journalist die Boris Dittrich over het plan had geïnterviewd. De term is ingeburgerd in het collectieve geheugen, iedereen weet direct waar je het over hebt. Er kleeft ook een soort nationale trots aan, hoewel het feitelijk inderdaad incorrect is. We hopen en denken dat mensen die nuancering wel onthouden na het lezen van ons boek.”
Als je maar gelukkig bent is vanaf 1 april verkrijgbaar en wordt uitgegeven door uitgeverij Nijgh & van Ditmar. Bestel nu op Bol.com!