Een GSA (Gender & Sexuality Alliance) is inmiddels op elke middelbare school van onmisbare waarde. Binnen een GSA komen queer leerlingen en hun ally’s samen om hun school een veilige plek te maken voor iedereen. We spraken vier jongeren over de GSA op hun school. Giovannio Dietz (alle pronouns) is 17 en woont in Hoensbroek.
“Er was al een GSA bij mij op school. Een paar van m’n queer vrienden zaten daarbij en konden nog wel wat versterking gebruiken. We zijn een wat kleinere GSA, maar komen regelmatig samen. Voor Paarse Vrijdag worden posters opgehangen en krantjes uitgedeeld.
Er zijn op mijn school vrij veel homofobe jongeren. Leerlingen worden niet echt gepest, er is eerder sprake van micro-agressie. ‘Homo’ wordt bij ons op school nog wel veel als scheldwoord gebruikt. Ook zie ik dat sommige docenten moeite hebben met onderwerpen als seksuele voorkeur en genderidentiteit. Dat snap ik niet – waarom ben je dan docent geworden?
Hoewel ik in de eerste klas wat meer verlegen was, is het me later steeds minder gaan boeien wat anderen van me vinden. Ik heb nooit echt een coming-out gehad op school, maar aan hoe ik me gedraag en kleed kun je het denk ik wel zien.
De seksuele voorlichting op school liet te wensen over: we kregen het vak Mens & Natuur, maar daarin was alleen aandacht voor heterokoppels. Bij biologie was er wel een gedeelte ‘seksualiteit en genderidentiteit’ in de lesstof, maar dat werd tijdens de les volledig overgeslagen. Daar heb ik melding van gemaakt, en nu wordt de stof wél behandeld.
Onze school wordt momenteel verbouwd en onze GSA heeft zich er hard voor gemaakt dat er in de bouwplannen ook rekening wordt gehouden met genderneutrale toiletten. Ook is het gelukt om de schooladministratie inclusiever te maken. Daardoor worden trans- en non-binaire jongeren niet meer gemisgenderd in correspondentie met ouders.
Ik zou graag wat meer met andere GSA’s in de regio optrekken. Ook zou het tof zijn als meer hetero leerlingen tijdens Paarse Vrijdag paarse kleding zouden dragen. Nu aarzelen sommigen, ze zijn bang dat men zal denken dat zij ook queer zijn.”
Beeld: Ernst Coppejans
MUAH: Bianca Fabrie
Met grote dank aan: Zinzy Nimako / COC Nederland