De hiv-preventiepil PrEP is vanaf 1 augustus 2024 voor meer mensen beschikbaar, net als de bijbehorende zorg van de GGD, die daarbij samenwerkt met huisartsen. Minister Kuipers van VWS wil de bestaande PrEP-regeling voortzetten en er extra in investeren.
Aidsfonds-Soa Aids Nederland en de andere partners die zich al jaren inzetten voor een betere beschikbaarheid van PrEP, zijn blij met het voorstel van de minister, maar zien nog steeds onnodige barrières. Bijvoorbeeld, het volledig zelf betalen van de medicatie in de toekomst kan voor mensen met een gering inkomen een probleem zijn.
Naar 0 nieuwe hiv-infecties
Mark Vermeulen, directeur Aidsfonds-Soa Aids Nederland: “De keuze van de minister om de PrEP-regeling voor te zetten en uit te breiden zal bijdragen aan het terugdringen van de lange wachtlijsten bij de GGD’en én aan de ambitie om Nederland naar 0 nieuwe hiv-infecties te krijgen. Een zorg is echter of iedereen hier gebruik van kan maken. Het is daarom van belang dat alle PrEP-zorg en medicatie vergoed wordt en uitgesloten wordt van eigen risico, de huisarts beter toegerust wordt om PrEP-zorg te leveren en GGD’en voldoende armslag krijgen. Het wordt hoog tijd dat na veertig jaar van inzet er eindelijk een einde wordt gemaakt aan de hiv-epidemie in ons land.”
Einde proef met PrEP medio 2024
In de brief die vandaag naar de Tweede Kamer is gestuurd, meldt minister Kuipers zijn besluit over hoe het verder moet nadat het proefproject met PrEP bij de GGD’en na vijf jaar afloopt, medio 2024. De minister kiest voor bestendiging van de bestaande PrEP-zorg bij de GGD’en, waarbij zij wel meer zullen samenwerken met huisartsen.
Hij kiest voor een extra investering, laat een maximum aan het aantal deelnemers los en laat meer mensen in aanmerking komen voor PrEP. Op basis van twee studies komt hij tot de conclusie dat PrEP een belangrijke bijdrage levert aan het tegengaan van hiv-overdracht en de ambitie om Nederland naar 0 nieuwe hiv-infecties te brengen. Hij wijst er op dat PrEP aantoonbaar effectief is en op de lange termijn ook kosteneffectief.
PrEP vergoed
Volgens de regeling die medio 2024 ingaat zullen PrEP-gebruikers voortaan zelf hun medicatie moeten betalen. Bij het behoud van de huidige prijsniveaus zal dit voor de meeste mensen geen obstakel zijn. Maar wegens actuele medicijntekorten zijn de goedkopere varianten van PrEP soms niet meer beschikbaar. Bij hogere prijzen kan dit een negatief effect hebben op de therapietrouwheid van PrEP-gebruikers uit lage en middeninkomensgroepen.
Aidsfonds-Soa Aids Nederland en zijn partners vinden het daarom van cruciaal belang dat PrEP-zorg én -medicatie zo snel mogelijk vergoed wordt via de zorgverzekering en wordt uitgesloten van het eigen risico.
Geen eigen risico voor soa-testen
Om de lange wachtlijsten in de PrEP-zorg via de GGD’s te kunnen wegwerken is een goede doorstroming naar de huisarts noodzakelijk. Dat betekent dat PrEP-gebruikers bij de GGD naar de huisarts kunnen worden doorverwezen. Huisartsen moeten hiervoor beter toegerust worden door de zorgverzekeraars met een correct tarief voor een PrEP-consult. De PrEP-gebruikers zouden de hiv- en soa-testen niet langer uit het eigen risico moeten betalen. Te veel mensen mijden de huisarts nu omwille van onder meer de hoge kosten van die testen.
Aidsfonds-Soa Aids Nederland en partners roept de overheid op zich in te zetten voor het afschaffen van eigen risico voor soa-testen en voor de PrEP-medicatie.
Voldoende armslag voor GGD’en
Centra Seksuele Gezondheid hebben de afgelopen jaren veel werk verzet om zoveel mogelijk mensen toegang te geven tot PrEP-zorg, voorzover dat mogelijk was binnen de grenzen van de landelijke pilot. Het is goed dat de GGD’en nu meer budget en meer vrijheid krijgen in de uitvoering van de PrEP-zorg.
Het is echter wel belangrijk dat de regeling een dusdanig tarief voor PrEP-consulten dekt, dat een zorgvuldig gesprek over seksuele gezondheid mogelijk blijft. Ook is het belangrijk dat voor de hiv- en soa-testen bij PrEP-zorg de GGD’en een voldoende dekkend tarief krijgen. Dat voorkomt dat dit ten koste gaat van het budget dat beschikbaar is om toegang tot soa-testen te geven aan andere risicogroepen.