‘Guess what, i am not a robot!’. De tekst dreunde samen met een groot aantal decibel aan elektronische pop nog hard na in mijn hoofd.
Een aantal weken geleden liepen we de Melkweg uit na een concert van Marina (voormalig Marina and the Diamonds) en gingen we nog voor één drankje door.
Één drankje, was het idee. Terwijl de maandagochtend al officieel was aangebroken, plofte ik na een lang weekend op de bank. Ik was driftig video’s van het concert op mijn Instagram stories aan het plaatsen. Niet dat iemand die nog zou gaan bekijken, het was immers al vroeg in de ochtend. Het moest en zou nu gebeuren, de morgenochtend bracht immers weer een nieuwe drukke dag.
En zo sleurde ik mezelf iedere week door. Van etentje X naar etentje Y, van drankjes met vriendin A naar drankjes met B. Natuurlijk werd alles tot in de details vastgelegd op Instagram. Pics or it didn't happen, is de gedachte. Ik merkte al een tijdje dat voor mij de lol er een beetje vanaf was, wat begon als een leuke post van iets dat ik heel erg leuk vond, resulteerde in een verslaving waar ik heel wat uurtjes per dag mee bezig was.
Ik scrolde door tijdlijnen van mensen die vreemd voor mij waren. Als ik dan zag dat een paar influencers zich verzamelden bij Brasserie van Dam, moest ik daar ook maar weer eens een kijkje gaan nemen. Morgen maar weer snel vriendin A uit de kast trekken voor een fotoshoot. De nieuwe pasta met daarbij wat bubbels zouden het vast goed doen bij mijn volgers.
‘Geniet rust thuisgevoel’, stond er in gebrekkig Nederlands bovenaan de advertentie.
De tekst van Marina schoot weer door mijn hoofd. Heeft ze een punt? Ben ik een slaafse social media robot? Ben ik een geautomatiseerde robot die likes op Instagram plaatst? Ik besloot dat het genoeg was. Het was tijd voor wat rust en stilte in mijn hoofd. In ieder geval voor even.
En dus besloot ik Airbnb af te struinen om het eerste en beste chalet in the middle of nowhere te huren voor een lang weekend.
‘Geniet rust thuisgevoel’, stond er in gebrekkig Nederlands bovenaan de advertentie. Dit moest hem zijn. Een hutje op de Veluwe. En dan drie dagen lang zonder internet of social media.
Ik besloot me eraan over te geven en ging op reis. Eerst met de trein, daarna met de bus en het laatste stuk ter voet. Uber bleek namelijk niet meer te werken. Weg van de drukte van de stad, de lichtvervuiling en Kim Kardashian die zichzelf als spuit elf via Twitter in de Pietendiscussie mengt. Op naar die rust en dat thuisgevoel.
Ik kan me niet herinneren wanneer ik voor het laatst zo lang had stilgezeten op een bank met een kop thee in mijn hand.
Het was even wennen. Ik betrapte mezelf erop nog vaak naar mijn telefoon te grijpen, maar na de tweede dag had ik het aardig onder de knie.
Ik kan me niet herinneren wanneer ik voor het laatst zo lang had stilgezeten op een bank met een kop thee in mijn hand. Zo zat ik daar, misschien wel een uur lang. Gewoon zonder iets te doen. Ik genoot van de rust en het thuisgevoel in mijn krakkemikkige chalet.
De natuur deed me ook veel goeds. Een lange wandeling in het bos bracht me terug naar mijn kindertijd en hoe ik altijd ver voor mijn ouders liep om op zoek te gaan naar het volgende gekleurde paaltje van de route. Het moest altijd de langste zijn, ik kon geen genoeg van de natuur en de frisse buitenlucht krijgen.
Dat gevoel ben ik ergens verloren. Wat ervoor terug kwam was een hectisch en druk bestaan, maar dat was nu voorbij, hield ik mezelf vastberaden voor. Ik zou dit vaker gaan doen en proberen vast te houden als ik weer in Amsterdam zou zijn.
De volgende ochtend klonken de harde beats van Marina weer door de oortjes van mijn iPhone. Ik propte mezelf in een overvolle metro op weg naar een drukke werkweek vol meetings. Terwijl mijn vriendinnen me via WhatsApp lieten weten waar we een hapje moesten gaan eten, probeerde ik gehaast een aantal foto’s op Instagram te plaatsen. Foto’s van mijn weekend op de Veluwe, waarbij ik schreef hoe erg ik van de rust had genoten. Wat daar nu nog van over was interesseerde me vrij weinig meer. Wel vroeg ik mezelf af of Kim Kardashian nog iets had gepost.
Foto: Peter van der Wal